Hieronder behandelen we een paar regels waarmee veel fouten gemaakt worden.
Voorrangsweg
Kruis je met de auto een voorrangsweg of voorrangskruispunt, dan moet je alle bestuurders op die voorrangsweg voorrang geven.
Gelijkwaardige kruising
Op kruisingen van gelijkwaardige wegen hebben bestuurders van rechts voorrang.
Rechtdoorgaand verkeer op dezelfde weg gaat voor.
Je rijdt in een auto of op een fiets en je wilt bij een zijweg links- of rechtsaf.
Je moet voorrang geven aan alle verkeer dat rechtdoor gaat op dezelfde weg als de weg waarop jij rijdt. Ook aan voetgangers die rechtdoor lopen op dezelfde weg.
In deze gevallen moet de rode pijl voorrang geven aan de blauwe pijl:
Ook als de blauwe pijl uit de tegengestelde richting komt, moet de rode pijl voorrang geven.
Dit geldt ook als de weg van de tegemoetkomende weggebruiker onverhard is.
Dit geldt niet als de tegemoetkomende weggebruiker een uitrit of erf verlaat, want zulk verkeer moet aan iedereen voorrang verlenen.
Let op: de blauwe pijlen lopen of rijden op DEZELFDE weg als de weg waarop de rode pijl rijdt voordat hij de hoek om gaat.
Voetgangers: wanneer moet je ze voor laten gaan?
Voetgangers zijn wel verkeer (weggebruikers), maar geen bestuurders.
Meer voorrangsregels?
Een lijst van voorrangsregels vind je op Wikipedia.
© 2016 - Beter Verkeer is een initiatief van |